dirigent Yannick Nézet-Séguin
mezzosopraan Joyce di Donato
Händel Scherza infida (Ariodante)
Händel Svegliatevi nel core (Giulio Cesare)
Mozart Parto, parto (La clemenza di Tito)
Mozart Symphony no.35 ‘Haffner'
Boccherini/Berio Ritirata notturna di Madrid
Bellini Dopo l'oscuro nembo (Adelson e Salvini)
Rossini Una voce poco fa (Il barbiere di Siviglia)
Respighi Pini di Roma
Met Yannick Nézet-Séguin voor de laatste keer als chef-dirigent en met prima donna assoluta Joyce DiDonato als soliste vieren we onze honderdste verjaardag in een feestconcert zoals je dat maar eens per eeuw meemaakt. Vanuit de intimiteit van Händel en Mozart bouwt het programma op tot het dak eraf gaat met de verpletterende grandeur van Respighi’s Pini di Roma. Niet te missen.
Inleiding: 19.15 uur door Floris Don
Bekijk hier meer informatie over concertinleidingen
Kaartverkoop
Naast de reguliere kaartverkoop kunt u voor dit concert ook kaarten bestellen als onderdeel van een Flexabonnement. U bent dan verzekerd van de beste plaatsen én u ontvangt bovendien minimaal 15% korting.
Dit jubileumconcert wordt ook mijn afscheid als chef: een feestelijk programma dat weerspiegelt wat we samen hebben opgebouwd. Eén groot crescendo: we beginnen heel klein, om te eindigen met de gigantische orkestbezetting van Respighi’s Pini di Roma. Rode draad is een gevoel van optimisme voor de toekomst: dát is de boodschap waarmee ik een punt wil zetten achter mijn eerste decennium in Rotterdam.
Beelden in klank
De liefdes en levens van getormenteerde jonge helden en kloeke weesmeisjes, een nachtelijk moment in Madrid, een wandeling door Rome en een feestelijke gelegenheid in Salzburg: er is niets wat niet kan worden uitgedrukt in muziek.
Georg Friedrich Händel 1685-1759
Scherza infida (Ariodante)
Georg Friedrich Händel
Svegliatevi nel core (Giulio Cesare)
Wolfgang Amadeus Mozart 1756-1791
Parto, parto (La clemenza di Tito)
Wolfgang Amadeus Mozart
Symfonie nr. 35 in D, KV 385 ‘Haffner’ [1782]
• Allegro con spirito
• Andante
• Menuetto
• Presto
Pauze
Igor Luciano Berio 1925-2003
Quatro versioni originali della ‘Ritirata notturna di Madrid’ di Luigi Boccherini, sovrapposte et trascritte per orchestra [1975]
Vincenzo Bellini 1801-1835
Dopo l’oscuro nembo (Adelson e Salvini)
Gioachino Rossini 1792-1868
Una voce poco fa (Il barbiere di Siviglia)
Ottorino Respighi 1879-1936
Pini di Roma [1924]
• I pini di Villa Borghese
• Pini presso una catacomba
• I pini del Gianicolo
• I pini della Via Appia
Einde concert circa 22.30/16.30 uur
Een uur voor aanvang van het concert geeft musicoloog Floris Don een inleiding op het programma, toegang € 4. Kaartjes zijn aan de zaal te verkrijgen tegen pinbetaling. Voor Vrienden is de inleiding gratis.
Dit concert wordt opgenomen door medici.tv voor uitzending op een later tijdstip; het concert van zondag 10 juni wordt live uitgezonden op Radio 4 door AVROTROS
-------
Muziek helpt ons herinneren en roept mooie beelden in ons op. Wolfgang Amadeus Mozart herkende zijn eigen muziek van een serenade voor blazers bijna niet meer, toen hij de partituur ontdekte en haar omwerkte tot symfonie. Georg Friedrich Händels opera’s leken aan het begin van de vorige eeuw verzonken te zijn in een meer van vergetelheid, maar daar zijn inmiddels de meeste van zijn theaterwerken weer enthousiast uitgevist. En niet zonder reden. Mooie muziek alleen is niet genoeg voor het succes van een opera; Händel gaf in zijn muziek karakter aan de personages die hij uit de literatuur of de geschiedenis haalde.
Wenende zanglijn
De titelheld uit Ariodante is een literaire figuur, ontleend aan Orlando furioso van Ludovico Ariosto. Hij is een jonge, Italiaanse ridder in Schotland, een voor hem vreemd land. Zijn beantwoorde liefde voor de Schotse koningsdochter voelt hij diep en intens als een teken dat het vreemde land zijn land zal worden. Als hem vermeend bewijs in handen wordt gespeeld van Ginevra’s ontrouw, krijgen zijn gevoelens een grote klap en wordt zijn levenspad tot drijfzand. Die verslagenheid hoort men in de aria ‘Scherza infida’ waarin een nacht wakker liggen lijkt samengebald in zo’n tien minuten. De spaarzame begeleiding onder de in stilte wenende zanglijn schildert de totale leegte achter Ariodantes verdriet en wanhoop.
Ariodante werd geschreven voor een castraatzanger, de jonge Sesto uit Giulio Cesare was een rol geschreven voor een vrouwenstem. Sesto’s vader is vermoord door een politieke vijand en de jongen is zojuist geconfronteerd met het schrikbeeld van zijn afgehakte hoofd. Hij schiet van late puberteit in één keer door naar jongvolwassenheid, onwennig in zijn gloednieuwe rol als de man in het gezin die de wereld en zijn wenende moeder wil bewijzen dat hij de plaats van zijn vader in kan nemen en diens dood kan wreken. De nog wankele heldhaftigheid wordt door Händel puntgaaf geschilderd in een hoekige melodie en bravoure-achtige versieringen.
Ook in Mozarts La clemenza di Tito komen we een Sesto tegen, die we niet moeten verwarren met de gelijknamige held uit Giulio Caesare. Allebei zijn het jonge Romeinen die iets aan een vrouw te bewijzen hebben. Maar de Sesto in Mozarts opera richt zich niet tot zijn moeder, maar tot Vitellia, de dochter van de afgezette keizer Vitellius. Smoorverliefd en verstrikt in haar netten, belooft de goedhartige, maar gemakkelijk manipuleerbare aanbidder om de huidige keizer Titus om te brengen: een bassetklarinet geeft uiting aan zijn onrust en verlangen naar een lieve blik van Vitellia.
Ferme dans
Het succes van een eerdere Mozart-opera, Die Entführung aus dem Serail, maakt zich bruisend hoorbaar in het laatste deel van de Haffner symfonie. Nadat Mozart eerder een beroemd geworden Serenade voor blazers had gecomponeerd voor de Salzburgse burgemeestersfamilie Haffner, componeerde hij inderhaast een tweede stuk in dat genre voor de verheffing in de adelstand van zoon des huizes Sigmund Haffner. Een aantal maanden later herontdekte hij de partituur voor die feestelijke gelegenheid en schreef vier delen om tot een symfonie.
Mozart, die wilde dat het openingsdeel met vuur gespeeld zou worden, laat ons even denken dat de symfonie met een langzame introductie begint, maar al vanaf de vierde maat horen we dat de dramatische, bijna pompeuze start leidt tot een snel tempo. Het gracieuze, langzame tweede deel wordt grotendeels voortgedreven door korte noten in de begeleiding. Het menuet valt op door zijn contrasten van hard en zacht, met het middenstuk,het Trio, als een vloeiend hart in een heldere en ferme dans. In het snelle slotdeel komt de herinnering aan Die Entführung aus dem Serail langs. Luigi Boccherini was lange tijd bekend om slechts een menuet uit het strijkkwintet G.275. Nog opmerkelijker is echter het laatste deel uit het gitaarkwintet G.453. Het is een bewerking van een bewerking van eerder gecomponeerde kamermuziek, maar al die stukken hebben gemeen dat ze gebaseerd zijn op de melodie die in Madrid te horen was bij de wisseling van de wacht, die als een stoet aan de toehoorder voorbijtrekt. Boccherini’s connectie met Spanje was dat hij werkte voor de broer van de koning van dat land. Componist Luciano Berio maakte in 1975 een glorieus orkeststuk van de ‘Ritirata notturna di Madrid’ voor het orkest van het Teatro alla Scala in Milaan.
Gepeperde Rosina
Vincenzo Bellini kennen we vooral van zijn opera’s Norma, I Puritani en I Capuletti ed i Montecchi. De laatste jaren is er hernieuwde interesse in zijn eersteling Adelson e Salvini. Aan de aria ‘Dopo l’oscuro membo’ hoort men al waarom Bellini zo’n invloed zou hebben op Chopin. Het is muziek voor de jonge wees Nelly, wier geliefde Adelson kampt met een vader die de verbintenis tussen de twee niet ziet zitten, terwijl ze zelf een oom heeft die haar wil ontvoeren. Even benard is de situatie voor de wees Rosina, die een huwelijk met een oude dokter te wachten staat. Gioachino Rossini dacht vaak met weemoed terug aan de castraten uit zijn jeugd. Slechts eenmaal, in de opera Aureliano in Palmyra, schreef hij voor een castraat, die het in die opera als jonge Syrische verzetsheld opneemt tegen het Romeinse Rijk. De melodie van zijn grote aria werd door Rossini hergebruikt en kwam eerst in de mond terecht van koningin Elisabeth I van Engeland, in een naar haar vernoemde opera, maar vond zijn eeuwigheid bij de sympathieke en gepeperde Rosina uit Il barbiere di Siviglia. Rossini voegt extra spunk aan de vastberaden coloraturen toe om te onderstrepen dat Rosina een lieverd is die echter niet met zich zal laten sollen.
We eindigen met een wandeling door Rome anno 1924, met Ottorino Respighi als gids. Rome was de stad van de twee Sesto’s, van de wereldpremière van Il barbiere di Siviglia en van prachtige pijnbomen. In de ochtendzon gaan we langs die van de Villa Borghese; we horen kinderen zingen en spelen. Religieuze hymnen komen op uit en dalen weer af in de graftombe die we tegenkomen bij ons tweede bezoek. Het is nacht geworden: de volle maan schijnt over het Janiculum, de tempel van Janus. Een echte nachtegaal soleert voor ons. Geruchten van een langzaam marcherend leger bereiken ons en daarmee komen we op de beroemde Via Appia, waarmee we weer even helemaal terug zijn in de Romeinse glorietijd van het begin van het concert. Het is terugkijken en vooruitkijken tegelijkertijd, want grootsheid gaat nooit echt verloren.
Hein van Eekert
Yannick Nézet-Séguin - Dirigent
Geboren: Montréal, Canada
Huidige positie: chef-dirigent Rotterdams Philharmonisch, Philadelphia Orchestra, Orchestre Métropolitain du Grand Montréal; vanaf 2018 chef-dirigent Metropolitan Opera, New York
Studie: Conservatoire de musique du Québec in Montréal; Princeton, Westminster Choir College; orkestdirectie bij Carlo Maria Giulini
Prijzen: Royal Philharmonic Society Award (2008); Canada’s National Arts Centre Award (2010); Prix Denise-Pelletier (2011); Companion of the Order of Canada (2012); Officer of the Order of Québec (2015)
Doorbraak: 2004, debuut Orchestre du Capitole de Toulouse
Daarna: gastdirecties Berliner Philharmoniker, Sinfonieorchester des Bayerischen Rundfunks, Wiener Philharmoniker, London Philharmonic Orchestra, Metropolitan Opera New York, Salzburger Festspiele, Teatro alla Scala, Royal Opera House Covent Garden, De Nationale Opera
Debuut Rotterdam: 2005
Joyce DiDonato - Mezzosopraan
Geboren: Kansas, Verenigde Staten
Studie: Academie of Vocal Arts, Philadelphia; Young-Artistsprogramma’s aan de operahuizen van Houston, San Francisco en Santa Fe
Prijzen: William Matheus Sullivan Award (1997); Operalia Competition, Stewart Awards, George London Competition, Richard F. Gold Career Grant Shoshana Foundation (1998); Metropolitan Opera’s Beverly Sills Award (2007); Echo Klassik Award (2013 en 2017); Mu Phi Epsilon Award (2014); Handel Music Prize (2017)
Specialisatie: barokopera, Mozartopera’s, belcantorepertoire
Operahuizen: Metropolitan Opera, Dallas Opera, Houston Grand Opera, Royal Opera House Covent Garden, Bayerische Staatsoper, De Nationale Opera,
Gesoleerd bij: New York Philharmonic Orchestra, Philadelphia Orchestra, BBC Symphony Orchestra, Berliner Philharmoniker, Kansas City Symphony Orchestra
Kamermuziekpartners: pianisten Julius Drake, David Zobel, Antonio Pappano
Debuut Rotterdam: 2018