Ga direct naar: Hoofdinhoud
Eelco Beinema

Eelco Beinema

Cello

Het is niet zo dat je minder geniet omdat je het meer gespeeld hebt. Je ontdekt meer en meer in de muziek en dat maakt het eigenlijk alleen maar mooier en bevredigender.

Hoe is de cello op je pad gekomen?

Dat is lang geleden. Ik ben inmiddels zestig en ik was denk ik een jaar of acht, negen. Mijn moeder speelde piano, mijn broer viool, dat wilde ik allebei niet. Cello leek mij wel leuk. Het ligt me uiteindelijk ook, maar het had net zo goed iets anders kunnen zijn.

Als je geen musicus was geworden, wat dan wel? 

Dat weet ik natuurlijk niet, dat is altijd speculeren. Ik ben muzikant maar ik ben ook nog met heel veel andere dingen bezig. Met name het bedenken van programma’s en teksten. Dus als het een ander beroep geworden zou zijn, had het ongetwijfeld iets met tekst of onderzoek geworden.

Welk ander instrument zou je willen kunnen spelen? 

Daar denk ik zelden over na. Het zou leuk zijn om nog eens een blaasinstrument te kunnen beheersen, saxofoon ofzo, dan speel je ook wat andere soorten muziek.

Wat is jouw favoriete plek in Rotterdam? 

Ik hou van musea. Ik mis Museum Boijmans Van Beuningen wel nu het gerenoveerd wordt moet ik zeggen. Die hele buurt rond de Witte de Withstraat is leuk. Maar ik hou ook van de Laurenskerk. Ik hou van het Noordereiland, tussen het water in – het gevoel van de haven dat je daar een beetje beleeft. Dat hoort voor mij bij Rotterdam.

Als je zoveel muziek speelt, kan het je dan nog raken?

Dat is moeilijk te vergelijken, de ene mens geniet anders dan de andere. Je weet niet hoe een ander geniet. Het is niet zo dat je minder geniet omdat je het meer gedaan hebt. Ik denk eerder andersom omdat je steeds meer merkt wat er mooi is aan de muziek, en aan de muziek die je speelt in het bijzonder. Je ontdekt meer en meer en dat maakt het eigenlijk alleen maar mooier en bevredigender.

Wie of wat inspireert jou?

Ik laat me over het algemeen inspireren door kunstenaars. Grote kunstenaars beeldende kunst. Ook wel door musici, maar ook door auteurs en schilders. Daar zie ik heel veel in en daar ben ik ook veel mee bezig.

Wat maakt een concert tot een topconcert?

Als een uitvoering echt goed gaat, heb je eigenlijk geen grenzen meer. Dan verdwijnt het verschil tussen dirigent en orkest, tussen musicus en publiek, musicus en muziekstuk. Als dat allemaal wegvalt, als het zo loopt als het zich ontwikkelt, dan heb je de mooiste uitvoering.